Dag 8: Kecak onder de bintang
02-08-2013
Vandaag stond er weer een dagje rust op het programma. Op de valreep van 10 uur aan het ontbijt gaan zitten en ik denk dat we er rond 12 uur vanaf liepen. Daar na in de kamer rustig de koffers opnieuw ingedeeld. Na een week grissen en geen zin hebben om alles iedere keer in en uit te pakken, was het iets wat rommelig geworden. De kinderen waren lekker aan het spelen. Buiten hingen er toch dikke wolken voor de zon dus een paar uurtjes zwembad vonden ook zij acceptabel. Na het zwemmen zijn we lekker gaan douchen en smeren en met de taksi naar het oude gedeelte achterin Ubud. Vanavond gingen we naar de Kecak end Fire dance.
Eerst bij de poort van de tempel de toegang gekocht en daarna even wat gaan eten. We hadden tenslotte toch nog anderhalf uur voor de poort open zou gaan. Ik moet nog steeds lachen om de voedselprijzen hier. Neem nu vanavond, alle drie een drankje, de kinderen een westerse maaltijd met krokante kip en friet en ik een groot bord mie goreng met mini saté en 2 giga bananensplits als nagerecht. Voor deze heerlijke maaltijd inclusief drankjes (en dan was mijn grote Bintang nog het duurst, moet je het schokkende bedrag van 234.000 rupia aftikken (18 keiharde eurootjes) Ik moet dan altijd even de rekening controleren of die lieve mensen niet iets vergeten zijn te vermelden. Maar iedere keer weer klopt het geheel en verlaat ik zeer voldaan en tevreden de Warung.
Als we aankomen bij de poort van Pura Dalem lopen we de trappen op naar boven waar voor de ingang van de tempel op het plein in een cirkel rode plastic stapelstoeltjes een soort van tribune vormen. In het midden worden op een soort boom fakkels aangestoken. Niet kort daarna begint Ludo te klagen over buikpijn. Hij zat zo te smullen dat hij ongemerkt, zelfs voor zijn doen, erg veel op had (bordje schoonleeg) en ook nog een grote ijs erachteraan. Gelukkig begon er vanachter de tempel deuren al het “cak, cak, cak” en het plein stroomde vol met mannen in zwart/wit geblokte sarongs en bloot bovenlijf al wapperend met hun handen boven hun hoofd. Ook dit was weer zo’n niet te vergeten voorstelling, behalve voor buikpijn. Die smolt als sneeuw door het vuur en we hebben weer heerlijk genoten.
Na de Kecak werd de fakkelboom verwijderd en een enorme vuurstapel gebouwd. Het was tijd voor de Sang Hyang Djaran. Een dans die in trance wordt uitgevoerd om de samenleving te beschermen tegen slechte geesten en demonen en om epidemieën te weren. Met een paard gemaakt van palmbladeren begint de danser op het gechant van de heren driftig door het voor de schoppen in alle richtingen van het publiek. Het vuur verspreidt hij zo niet één, maar wel tientallen malen, met tussentijds 4 heren die het vuur en de hete kokosschelpen weer keurig op een hoop vegen. Met veel respect hebben we dit ritueel mogen aanschouwen en na afloop gris ik wat rupia en geef Alex en Ludo Beide iets om hem te schenken. De man zit uitgeput op de grond met een paar, zo het leek, verkoolde voeten.
We verlaten het tempel terrein en ergens achteraan vraagt een man vriendelijk of we misschien een taxi (taksi) wensen. Hij had zijn zwart/wit geblokte sarong nog aan. Hij glimlacht bescheiden vriendelijk en ik vraag wat het kost. Nog bescheidener antwoord hij, dat alles goed is, wat ik het waard vindt. Ja dan ben ik overstag en bij het noemen van mijn prijs lacht hij vriendelijk en knikt “this way”. Het zal wel weer te veel geweest zijn, maar sommige mensen hier gun je de hele inhoud van je portomonaie. Hij pakt Ludo’s hand en brengt hem met Alex en mij op zijn hielen, naar de auto.
Na de rit wordt er oprecht bedankt en bij het wegrijden nogmaals getoeterd.
We lopen nog even door naar onze lieve vriend waar we al 4 dagen onze drankjes voor op de kamer halen. Ook deze man en zijn vrouw zijn van die bijzondere mensen waarbij je hart smelt. Bij ieder bezoek blijft hij zich verontschuldigen voor zijn slechte Engels, maar met onze cottage om de hoek, hebben we daar soms ook wifi en dus onze vertaler op de telefoon. Hij vindt het een prachtige uitvinding en ik ook! Hij heeft heel goed onthouden dat we morgenochtend doorreizen naar Candidasa en vraagt hoe laat we vertrekken. Na het afrekenen van de blikjes en en ontelbare buigingen van dank pakt hij mijn hand vast en wenst ons alle geluk, liefde en gezondheid toe. Want, wist hij te vertellen, your husband is not in hotel! You children look up at the bintang every night. Ik kijk verbaasd en vraag Bintang……the beer? Hij begint hard te lachen, pakt een blikje en wijst op de rode ster. Aaaaah de sterren!!! Stars?! Yes yes yes is zijn glimlachende antwoord. Children only look up if dady or momy is dead. Sta ik daar, met mijn “trouwring” en mijn man in het hotel toch volledig met mijn bakkes vol tanden. Met twee hele dikke kussen op mijn wangen en een you sweet mama nemen we nu echt afscheid en tot we de hoek om verdwijnen staat hij samen met zijn vrouw ons na te zwaaien.
En met mijn laatste Bintang onder de bintang mijmer ik nog even door over het volk wat mijn hart heeft gestolen. Tot morgen.
No trackbacks yet.