Archive for the ‘ Indonesië ’ Category

Dag 11: Batman en de zakkenroller

07-08-2013

Wijan komt ons om 9 uur halen We beginnen onze eerste stop bij Pura Goa Lawah, “The Batcave” Maar dan zonder de man zeg maar. Een schat van een gids dient zich aan tegen een normale schappelijke prijs en we lopen gedwee achter hem aan. Hij vertelde ons over het belang en de gebruiken van deze voor Bali belangrijke tempel. Al krijg ik ondertussen wel het gevoel dat alle tempels hier op Bali die zogenaamde belangrijke status hebben. Maar dan verteld hij dat het voor de reïncarnatie van nabestaanden zeer van belang is dat de familie 12 dagen na de crematie hier bijeenkomt om daar offers en gebeden voor te plaatsen. Anders komt de overledene niet meer terug in de familie, wanneer hij reïncarneert. Ziek als ik ben moet dan meteen denken aan een situatie waarbij de overledene niet geliefd zou zijn in de familie en ze die persoon gereïncarneerd of niet, liever nooit meer willen zien. Zouden ze dan na 12 dagen een ander dansje maken, ver buiten deze tempel?? Ik heb de gids deze vraag maar niet gesteld.

Bij het daadwerkelijk aankomen van de grot worden we bedwelmd door een zeer weeïg zoetige lucht. Alle doeken waarmee tronen, goden en andere belangrijke items in de tempel/grot zijn bekleed, zien werkelijk gitzwart van de vleermuizen shit. Dan werpen we een blik omhoog en bekruipt mij heel even het gevoel of ik in een griezelfilm ben belandt. Duizenden en duizenden vleermuizen hangen daar aan de plafondgewelven van de grot. Luidt piepend en krassend en druk krioelend in de geweldige massa. Op één stuk van ongeveer 3 vierkante meter na. Dat stuk plafond is compleet leeg. De gids verteld dat er in deze grot, twee reusachtige pythons leven. Uiteraard heilig en deze beknellende kerels zorgen ervoor dat de populatie van vleesmuizen in stand gehouden wordt. Daar waar deze heiligheden toeven, daarboven hangen geen gevleugelde muizen uit vrees voor hun leven. Vinden jullie het ook geen fantastisch verhaal? Toch veel mooier dan Eva, de appel en de slang. Deze dude’s zijn echt de held! Al betwijfel ik wel hun inzet, gezien de hoeveelheid Batmen en Batgirls ondersteboven piepend in die grot.
Bij het verlaten van het complex laat ik mezelf echt fantastisch een vleermuis oor aannaaien en koop veel te duur een Balinese kalender. Als ik mijn te dure kleinood in de auto bekijk, blijkt dat deze ook nog eens in volledig verkeerde volgorde in elkaar is gezet. Deze stupide aankoop van het jaar gaat zeker een ere plaatsje krijgen als we thuis zijn!

Dan is het tijd voor the Tourist Hell of Bali. Pura Agung Basakih, het grootse Hindoe heiligdom op Bali. Wyan legt me duidelijk uit wat voor nare taferelen er zich afspelen, waardoor de meeste toeristen een smerige nasmaak behouden na het bezoek aan deze tempel. Prijzen van 50 euro voor een gids schijnen het topje van de bedrogsberg te zijn.Met Wyan oop veilige afstand toekijkend en met voldoende munitie op zak, betreed ik het heiligdom der sluwe gidsen. Ik betaal de normale toegangsprijs en dan komt het. Mevrouw, u mag alleen met gids de tempel bezoeken! Ik kijk hem betwijfeld aan en ik vraag wat mij dat dan wel niet gaat kosten. Wel, een minimum van 50 euro mevrouw. Ik kijk hem aan, ik lach en draai me om en wil weglopen. Die kans kreeg ik niet echt. Maar mevrouw, vervolgt de aasgier, u mag ook onderhandelen over de prijs. Ik zeg 100.000 rupia (iets van € 7,50) en hij schut hevig nee. 500.000 roept hij, nee ik hou voet bij stuk en na veel wikken en wegen geeft hij zich gewonnen. Maar! Ik moest meteen betalen. Ik sta hem hartelijk in zijn gezicht uit te lachen en zeg, no way! Ik betaal achteraf!! De blikken die Wyan naar zijn gestalte geworpen kreeg waren niet mooi, maar na het toneelstuk, liepen we beide voldaan lachend onze weg! Missie geslaagd! Het complex is prachtig, maar de gids maakt zich er voor het af gesproken bedrag , duidelijk als een Jantje van Leiden vanaf. Maar met de vele gesprekken met mijn trouwe chauffeurs en mijn gelezen input, had ik voldoende kennis opgedaan om de gevallen gaten in deze knuppel zijn verhaal aan te vullen en bleek de tour alsnog perfect compleet.
Bij de uitgang probeerde onze gids nog met heel veel moeite, extra geld los te wurmen en vrij argeloos werp ik hem een munt van 200 rupia (2 cent) in zijn richting. Ik kan slecht tegen oplichters zo jullie weten.

Lunchtime it was! Wyan brengt ons naar een restaurant met werkelijk het mooiste uitzicht van Bali. Jammer genoeg was de bewolking erg dicht en konden we Gunung Agung niet zien, maar het met rijstvelden bezaaide dal werd er wel bijzonder mystiek door. Je eten enje drinken glijden in zo’n setting als vanzelf naar binnen en halen echt alle positieve energie eruit die er in zit. Zo’n puur stukje rust beleef je maar op weinig plaatsen ter wereld.

Last stop is Tenganan. Een traditioneel Balinees dorp waar de Bali Aga’s wonen. Een naar zeggen weinig voorkomende groep mensen die zich nog vasthouden aan tradities. Zo veilen zij geen tanden en gaan de jongens en meisjes op eigen manier naar het onderwijs. Ik tref vooral veel eerder geziene folklore als weven en hanengevechten. Zeker leuk om gezien te hebben, met de wetenschap dat dit dorp zich tot op heden nog heeft los weten te houden van de invloeden van buitenaf…… Nou ja, op het eerste oog dan, want wie met een scherp oog kijkt, ziet op de achtergrond radio’s en Nike T-shirts rennen 😉

Dag 10: De zwembad Gestapo

Candidasa – 07-08-2013

Zondag hebben we een nietsdoen dag gehouden. Ludo’s maag was net herstellende en om nu over de Balinese kronkel en hobbelwegen te gaan, waar je als normaal mens al wagenziek van wordt, leek me niet zo’n goed idee. Het was bewolkt, dus lekker loungen aan het zwembad met een boekje, terwijl de kinderen lief aan het spelen waren met een in het gras gevonden lelieblad. We verblijven in het Rama Sintha en dit guesthouse is in handen van een Duits echtpaar. Zij is een vrolijk gestemd bolle tante, die al waggelend door de tuin, iedereen begroet of een praatje mee maakt. Hij is der Führer. Met een iets bredere snor dat zijn originele voorganger, komt hij zo uit een geschiedenisboek gelopen. Stijf benig, marcheert hij door zijn tuin om alle personeelseden bij zijn passeren, angstvallig in de houding te laten schieten. Als knaapje heeft hij een manager. Een man vanuit Bali die hij heeft weten te drillen tot een ware tuin en zwembad Gestapo. Met zijn slechte imitatie van zijn baas loopt hij te paraderen door de tuin en met zijn te strenge montuur van zijn bril doet dit meer lachwekkend dan indrukwekkend aan. Wanneer zijn oog valt op de lief spelende kinderen en hun lelieblad, komt hij direct briesend op mij afgestoven met de mededeling dat de kinderen geen bladeren mogen plukken en er al zeker niet mee in het zwembad mogen spelen. Inleveren gebaart zijn hand boven de hoofden van de kids en ze leveren schoorvoetend het lelieblad in.

Ik lees en luier verder en Alex en Ludo zijn met twee lege flesjes restaurantje aan het spelen. In het zwembad is nml een kleine halve ronding waar een bankje onderwater en een tafel op waterniveau als een soort van poolbar zouden moeten dienen. Maar met niemand in het zwembad gebruiken zij de marmeren tafel als buikglijbaan en als watervoetbaltafel voor hun flessendopjes. Ook dit plezier mocht niet erg lang duren voor Herr Feldwübel er weer lucht van kreeg en mij op het wangedrag van mijn kinderen wees. De tafel was om drankjes van te nuttigen en mocht geenszins dienen als glijbaan of stoel. Ik maande de kinderen eraf en keek op mijn telefoon hoe laat het was. Uurtje nog en dan gaan we lekker eten zei ik nog. En net op dat moment kwamen er een zestal jongeren de zwembad gronden opvrolijken. Met een vrij hoge drank inname en veel lachen en plezier hadden ze snel het spel van Alex en Ludo gekopieerd.
Ik vermoed dat hij de commotie heeft gehoord, want niet veel later kwam hij pols hoogte nemen. Bij het passeren van de crimescene keek hij wel drie keer om te constateren wat er gebeurde. De groep die net een tweede ronde drank hadden besteld hadden enorme lol. Bij het terugkeren aan de overzijde van het zwembad keek de Veldmaarschalk nog steeds, maar zweeg in alle kleuren en wilde doorlopen. Mijn blik kon net op tijd zijn ogen vangen en mijn befaamde non-verbale communicatie deed de rest. Met zijn staart tussen de benen schuifelde hij voorzichtig richting de groep om hen te verwittigen van het euvel. Ze stonden direct op, bestelde de drank af en vertrokken het terrein met Herr Feldwübel beteuterd achterlatend. 70 jaar geleden hadden ze voor dit soort mensen een naam, welke dat was, is me even ontschoten 😉

 

Dag 9: Spuugzat

Candidasa – 03-08-2013
Ludo’s buikpijn heeft zich doorgezet. Vannacht rond de klok van 4 heeft hij zijn volledige maaginhoud over de glanzende witte plavuizen gespetterd. Hondsberoerd en hevig in tranen. Ik heb hem opgepoetst en gerustgesteld weer in bed gelegd en ben vervolgens aan het ruimen gegaan. Best wel onhandig, met als enig schoonmaakmiddel een rol wc papier van slechts 1 laag. Dan merk je pas echt hoe inefficiënt dat papier in gebruik is. Slechts anderhalve rol had ik nodig om deze fijne klus te klaren. Goodmorning Ubud! Archhhhh. Slapen was daarna lastig omwille van details die ik jullie verder zal besparen. Of waren het er al te veel? Sorry!

’s Morgens bij het afrekenen had ik een klein bumpertje met de receptioniste die claimde dat mijn creditcard niet goed was. Ooooohmmmmm Ann, relax. Ik vertel haar dat het apparaat aangeeft dat hij geen verbinding kan maken, maar omdat haar Engels zo goed is wil ze dit niet van mijn aannemen. Ok, eerst eten dan nogmaals proberen. Wel even vriendelijk verzocht om de manager erbij te halen.
Aan tafel hebben Alex en ik weer een verrukkelijk ontbijt en krampende Ludo bedankt feestelijk voor de eer. Lang verhaal kort. Manager kwam al knikkend en buigend, kaart was ok, verbinding was klote….. Joh echt??

Dan verschijnt Wyman ten tonele. Nyoman en Daniel zijn druk dus hun neef wordt ingezet. Alex lacht hartelijk en zegt, mam, ze hebben hier ook overal cousins voor hè? Ja schat, ze hebben grote families hier. Met een nog zielige Ludo, zie ik de dag al in het water vallen en hij wil niets liever dan liggen. Onderweg naar Candidasa spuugt hij nog drie tasjes vol voor we aankomen.Ons huisje is wederom een sprookje, met een groot hemelbed en een open badkamer vol met tropische planten. Dan meld hij dat het beter gaat dus we proberen nog even naar Tirta ganga te gaan. Het wordt een bliksembezoek, zijn gestel komt en gaat als de golven op zee en ik wil hem niet meer reizen aandoen. Home we go.

Eenmaal thuis knapt hij toch weer oo en we vertoeven nog twee uurtjes aan het zwembad. De zonde hier ten overvloed, ze dragrn de drankjes hier tot aan je bedje en je hoeft nog geen vinger te liften. Rete gevaarlijk zo’n plek. Daarna wederom het geijkte ritueel en we vertrekken richting eten. Ik had al diverse borden van lobster gezien onderweg en zo decadent als ik ben, had ik daar mijn zinnen op gezet. Jawel, wat deze dame in haar hoofd heeft zit ook niet in haar kont en dient te gebeuren. Gelukkig kost mijn decadente gedrag slechts 5 euro en dat maakt het genieten nog extremer.

We eten, behalve Ludo, die snoept een paar hapjes en we gaan retour huis. De kinderen zijn ondertussen onder zeil en ik zit voor ons huisje op het terras te schrijven. De brulkikkers hebben plaats gemaakt voor de golven van de zee en af en toe een aap. De jungle is wat minder begroeit, maar de planten bloeien hier weelderig en de geur van Indonesië is ook hier zeer warm en kruidig.

@Mam: Alles gaat hier geweldig en de kids genieten met volle teugen. Zelfs Alex twijfelt nu of ze nog wel naar huis wil. Het is hier wonderschoon en de mensen zijn de liefste die ik ooit heb meegemaakt. Geen zorgen, ze zorgen goed voor ons!

@Wilma: Mijn vinger wil niet echt helen. De lucht is zo vochtig dat het een beetje plekkerig blijft. Maar het zal me zo aan mijn derrière oxideren. We genieten hier en die stomme vinger moet maar gewoon meedoen 😉

Dag 8: Kecak onder de bintang

02-08-2013

Vandaag stond er weer een dagje rust op het programma. Op de valreep van 10 uur aan het ontbijt gaan zitten en ik denk dat we er rond 12 uur vanaf liepen. Daar na in de kamer rustig de koffers opnieuw ingedeeld. Na een week grissen en geen zin hebben om alles iedere keer in en uit te pakken, was het iets wat rommelig geworden. De kinderen waren lekker aan het spelen. Buiten hingen er toch dikke wolken voor de zon dus een paar uurtjes zwembad vonden ook zij acceptabel. Na het zwemmen zijn we lekker gaan douchen en smeren en met de taksi naar het oude gedeelte achterin Ubud. Vanavond gingen we naar de Kecak end Fire dance.

Eerst bij de poort van de tempel de toegang gekocht en daarna even wat gaan eten. We hadden tenslotte toch nog anderhalf uur voor de poort open zou gaan. Ik moet nog steeds lachen om de voedselprijzen hier. Neem nu vanavond, alle drie een drankje, de kinderen een westerse maaltijd met krokante kip en friet en ik een groot bord mie goreng met mini saté en 2 giga bananensplits als nagerecht. Voor deze heerlijke maaltijd inclusief drankjes (en dan was mijn grote Bintang nog het duurst, moet je het schokkende bedrag van 234.000 rupia aftikken (18 keiharde eurootjes) Ik moet dan altijd even de rekening controleren of die lieve mensen niet iets vergeten zijn te vermelden. Maar iedere keer weer klopt het geheel en verlaat ik zeer voldaan en tevreden de Warung.

Als we aankomen bij de poort van Pura Dalem lopen we de trappen op naar boven waar voor de ingang van de tempel op het plein in een cirkel rode plastic stapelstoeltjes een soort van tribune vormen. In het midden worden op een soort boom fakkels aangestoken. Niet kort daarna begint Ludo te klagen over buikpijn. Hij zat zo te smullen dat hij ongemerkt, zelfs voor zijn doen, erg veel op had (bordje schoonleeg) en ook nog een grote ijs erachteraan. Gelukkig begon er vanachter de tempel deuren al het “cak, cak, cak” en het plein stroomde vol met mannen in zwart/wit geblokte sarongs en bloot bovenlijf al wapperend met hun handen boven hun hoofd. Ook dit was weer zo’n niet te vergeten voorstelling, behalve voor buikpijn. Die smolt als sneeuw door het vuur en we hebben weer heerlijk genoten.

Na de Kecak werd de fakkelboom verwijderd en een enorme vuurstapel gebouwd. Het was tijd voor de Sang Hyang Djaran. Een dans die in trance wordt uitgevoerd om de samenleving te beschermen tegen slechte geesten en demonen en om epidemieën te weren. Met een paard gemaakt van palmbladeren begint de danser op het gechant van de heren driftig door het voor de schoppen in alle richtingen van het publiek. Het vuur verspreidt hij zo niet één, maar wel tientallen malen, met tussentijds 4 heren die het vuur en de hete kokosschelpen weer keurig op een hoop vegen. Met veel respect hebben we dit ritueel mogen aanschouwen en na afloop gris ik wat rupia en geef Alex en Ludo Beide iets om hem te schenken. De man zit uitgeput op de grond met een paar, zo het leek, verkoolde voeten.

We verlaten het tempel terrein en ergens achteraan vraagt een man vriendelijk of we misschien een taxi (taksi) wensen. Hij had zijn zwart/wit geblokte sarong nog aan. Hij glimlacht bescheiden vriendelijk en ik vraag wat het kost. Nog bescheidener antwoord hij, dat alles goed is, wat ik het waard vindt. Ja dan ben ik overstag en bij het noemen van mijn prijs lacht hij vriendelijk en knikt “this way”. Het zal wel weer te veel geweest zijn, maar sommige mensen hier gun je de hele inhoud van je portomonaie. Hij pakt Ludo’s hand en brengt hem met Alex en mij op zijn hielen, naar de auto.
Na de rit wordt er oprecht bedankt en bij het wegrijden nogmaals getoeterd.

We lopen nog even door naar onze lieve vriend waar we al 4 dagen onze drankjes voor op de kamer halen. Ook deze man en zijn vrouw zijn van die bijzondere mensen waarbij je hart smelt. Bij ieder bezoek blijft hij zich verontschuldigen voor zijn slechte Engels, maar met onze cottage om de hoek, hebben we daar soms ook wifi en dus onze vertaler op de telefoon. Hij vindt het een prachtige uitvinding en ik ook! Hij heeft heel goed onthouden dat we morgenochtend doorreizen naar Candidasa en vraagt hoe laat we vertrekken. Na het afrekenen van de blikjes en en ontelbare buigingen van dank pakt hij mijn hand vast en wenst ons alle geluk, liefde en gezondheid toe. Want, wist hij te vertellen, your husband is not in hotel! You children look up at the bintang every night. Ik kijk verbaasd en vraag Bintang……the beer? Hij begint hard te lachen, pakt een blikje en wijst op de rode ster. Aaaaah de sterren!!! Stars?! Yes yes yes is zijn glimlachende antwoord. Children only look up if dady or momy is dead. Sta ik daar, met mijn “trouwring” en mijn man in het hotel toch volledig met mijn bakkes vol tanden. Met twee hele dikke kussen op mijn wangen en een you sweet mama nemen we nu echt afscheid en tot we de hoek om verdwijnen staat hij samen met zijn vrouw ons na te zwaaien.

En met mijn laatste Bintang onder de bintang mijmer ik nog even door over het volk wat mijn hart heeft gestolen. Tot morgen.

Dag 7: De aapjes en de python

Ubud – 01-08-2013

07:00 uur brulde de wekker ons wakker. Geen van ons voelde er ook maar iets voor om hier gehoor aan te geven. Maar afspraken gemaakt dus na de eerste snooze eruit en al slaapwandelend liepen we richting ontbijt. Sinds ons bezoek an de koffie plantage, wensen de kleine mevrouw en meneer alleen nog maar koffie aan het ontbijt. Weliswaar Bali stijl, met veel suiker en veel melk, maar toch. Koffie nog maar net ingeschonken of we worden feestelijk getrakteerd op een penetrante geur. Achter me neem ik de oorzaak waar. Laten we zeggen dat de combinatie van douchen en deodorant gebruiken, niet erg hoog op de dagelijkse gewoontes staan bij de familie Flooder. Wel riekend en luidkeels nemen ze achter ons plaats. Zo mooi hoe het leven vanuit onverwachte hoek, van die fijne verrassingen kan geven 😉
Gelukkig komt ons eten en snel en weten we het te nuttigen voor het bedorven van ons bord wegrent. Beneden hoor ik een auto aankomen en wanneer de portier dichtslaat hoor ik een zeer vrolijke: Goodmorning Mamma An!! Met zijn drieën roepen we in koor: Nyoman, grissen onze spullen bij elkaar en rennen naar de auto.

Onze eerste stop is Bali Zoo, gewoon omdat er minimaal één dieren item op het programma dient voor te komen 😉
Al meteen bij de ingang proberen ze er allerhande extra’s aan ons entree te hangen. Fotoshoot, olifanten safari of een bezoekje om het park op een olifant inclusief eten geven. Omgerekend een kleine 70 euro per persoon. Als ik serieus in het Engels aan de caissière vraag of ik voor die 210 euro die olifant dan ook ingepakt mee naar huis mag nemen, kijkt ze mijn stomverbaasd aan en Nyoman begint keihard te lachen en als volleerde tolk mijn grap aan haar te vertalen. Ze vond hem niet grappig en haar zure gezicht maakte Nyoman en mij nog harder aan het lachen. Na de standaard entree procedure van door de bak met desinfecteer troep lopen en onder tot boven en achter met plantenspuit besproeid te worden, mochten we de zoo binnen. De dierentuin wordt door opvallend veel kneuzen bewoont. Een hoog bejaarde tijger van 20 (normaal worden ze 15), een leeuw met drie poten en een hert die met zijn veel te grote lijf in zijn eigen voederkorf als een opgerolde kitten ligt te slapen en tot slot een Orang Oetan die met zijn touwladder in zijn eentje, galgje aan het spelen was. De diversiteit in dieren is niet echt bijzonder. Toch weten ze in een onbewaakt ogenblik mijn kids met wortels en al een verblijf in te duwen en of ik dat wel even wilde aftikken. Goed dit en het losgebroken stekelvarken welke door het restaurant holde, waren dan ook de hoogtepunten van deze dierentuin. Op naar de auto.

We worden verplaatst naar een lokale zilver smederij Saraswatie Silver. Ik kleine ruimtes zitten op iedere 2 meter een man (al dan niet met sigaret) vernuftige dingen uit te halen met zilver. Om, in sommige gevallen, zelfs tandloos grijnzend trots het eindresultaat aan ons te laten zien. Echte juweeltjes. In mijn ooghoek zie ik en man wel heel bekende armbanden in elkaar draaien, ik stap naar zijn werkbank en neem een kijkje van dichterbij. Huppel zegt mijn hartje en huppelt nog een aantal maal door. Waren we toch gewoon naar de officiële werkplaats van ons alom bekende Buddha to Buddha gebracht. Ik begrijp nu ook meteen waarom dat zilver zo duur is. Echt ieder schakeltje, druppeltje en knopje wordt hier handmatig verwerkt. De tijd dat ze daar mee bezig zijn is debiel. Uiteraard had deze smederij ook een shop…..

Nu werd het tijd voor een tempel en rijden we naar beneden in Bali om Uluwatu te bezoeken. Net nadat we het dorpje hebben verlaten stopt de auto en Nyoman verteld over de crematie die hier staat te gebeuren. De overledene ligt in een prachtige kist van meerdere verdiepingen en er toot een foto bovenaan van deze persoon. Hij legt uit over de traditie en ik vertaal, de kinderen hangen aan zijn lippen en hebben er één en al oor naar. Het reïncarnatie deel is als kers op de taart. In de auto wordt er lustig gespeculeerd hoe en als wat ze zouden terugkeren. Heerlijk om de kinderlijke eenvoud zo te horen fantaseren.
Onze weg vervolgt over smalle eenbaanswegen met links en recht rijstterrassen tot aan de horizon. Echt typisch Indonesische taferelen met voorover gebukte mensen onder strooien hoedjes die de rijst planten en vrouwen met manden op hun hoofd is het net een sprookje uit duizend en één nacht. Nyoman waarschuwt ons bij aankomst dat oorbellen, haarklemmen en andere losse onderdelen afgedaan moeten worden. De apen die hier wonen zijn iets minder vriendelijk dan in Monckey Forest en grissen alles wat los of vast zit van je lijf. Hij had ons nog niet uit de auto geholpen of we hoorde een Japanse dame al krijsen dat een aap haar zonnebril had gestolen…. Hehehe
De tempel ligt 95 meter boven de zee op een uitstekend gedeelte (Ulu)rotsen (Watu). De zee beukt hier met grof geweld tegen de rotsen aan en het is adembenemend om te zien. De lucht hangt vol met diverse soorten fladderende vlinders en de hagedissen schieten voor je voeten de struiken in. Ludo stuitert al de dieren achterna en Alex is bevangen door de schoonheid van de kleurrijk gevleugelde vriendjes. Ik ben alleen maar onder de indruk van de combinatie van het straffe geweld van de zee en de zoetheid van de planten, vlinders en de kleine kruipers. Ik schiet nog lustig erop los om extra megapixels te vangen voor thuis en we vertrekken naar de volgende bestemming.

Onderweg stoppen we nog even om iets te eten en we verzanden op een (het wordt bijna gênant om te zeggen) pareltje van een locatie. Drie geschakelde witte Balinese huisjes, omringt door een prachtige tuin met palmen, wuiven ons een warm welkom. Eenmaal bij de deur aangekomen staan er drie zeer vriendelijk glimlachende dames in traditionele kleding ons te begroeten. We hoefde ons niet af te vragen of we welkom waren. De kinderen en ik werden individueel begeleid naar binnen en die aandacht bleef de gehele lunch alert en even zo vriendelijk aanwezig. Zelfs toen de kinderen met hun Bali Zoo aapjes gingen gooien in de tuin, werden ze liefdevol door de dames bazig gehouden.

Na de lunch was onze laatste stop Tanah Lot. Een zelfde wonderschone rit door het Balinese land en langs kleine dorpjes maakte de rit zo heerlijk. Eenmaal aangekomen op de locatie lopen we eerst langs vele stalletjes met I love Bali meuk en andere souvenir troep. Vlak voor de ingang zie ik in mijn ooghoek iets wat ik liever niet had gezien. Een snoes van een python lag daar voor een kledingwinkeltje zijn middagdutje te doen. De dame spoorde ons nog tot aaien aan. Ik heb deze keer toch maar vriendelijk bedankt.

Dan doemt daar links van ons Tanah Lot op uit de zee. Omringt door te veel mensen en veel water.
We lopen door het laagstaande water richting tempel alwaar een bron zoetwater omhoog komt. We wassen daar ons gezicht en krijgen een duim rijst op ons voorhoofd en liefdevol een bloem achter ons rechter oor, terwijl een ander ons besprenkeld met heilig water. De kinderen vinden het prachtig! Al wil Ludo toch wel graag die bloem zo snel mogelijk kwijt. Ludo had goed geluisterd naar het verhaal over de Sleng dang die in zee viel en veranderde in een zeeslang en hij zag dan ook overal zeeslangen zwemmen. De schat!

Daarna doorgelopen naar Pura Batu Belong, een kleine tempel die doormiddel van een natuurlijke brug verbonden wordt met het vaste land.Op de rand van de clif met de kinderen een half uurtje genoten van het uizicht en nicotine. Toen terug naar Ubud met weer een hoofd en tas vol souvenirs.

De kids hebben het uurtje knock-out gelegen. We hebben snel gegegeten en meteen zijn ze weer gaan slapen. Moe en voldaan. Morgen een dagje rust, massage en dans, daarna weer verhuizen. Ze vinden het idee nu al leuk!

Het gaat hier dus helemaal voortreffelijk!! En ik ben apetrots op mijn kleine monckey’s